De ziekte van Parkinson is een neurodegeneratieve aandoening die de neuronen van een specifiek hersengebied aantast: de substantia nigra. Deze ziekte kan zorgen voor een significante beperking en verlaagde kwaliteit van het leven.
De ziekte is vernoemd naar de Engelse arts James Parkinson, die in 1817 ‘An Essay on the Shaking Palsy’ publiceerde. Hierin beschreef hij 6 patiënten die allen een tremor, een abnormaal postuur en verminderde spierkracht hadden.
Oorzaken
De ziekte van Parkinson kan verschillende oorzaken hebben. Deze oorzaken leiden allemaal tot hetzelfde eindpunt: celdood in de substantia nigra. De substantia nigra (zwarte stof) is een groep neuronen in de hersenen die er met het blote oog zwart uitzien door de aanwezigheid van dopamine. Dit hersengebied is een van de gebieden die zorgt voor de productie van de neurotransmitter dopamine in de hersenen. Dopamine speelt een belangrijke rol in de regulatie van motoriek, controleren van stemming en emotie. De dopamine die wordt geproduceerd door de substantia nigra wordt vooral gebruikt voor de regulatie van motoriek, maar heeft ook effect op de andere functies.
De oorzaken van de celdood in de substantia nigra zijn:
– Idiopathisch: In de meeste gevallen is de oorzaak onbekend. Vaak betekent dit dat de patiënt een onbekende genetische kwetsbaarheid heeft, wat in combinatie met nog onbekende omgevingsfactoren zorgt voor de dood van de dopamineproducerende cellen.
– Veroudering: De kans om de ziekte van Parkinson te krijgen wordt steeds groter naarmate een persoon ouder wordt. In personen ouder dan 85 hebben 4-5% de ziekte van Parkinson, terwijl 0,3% van de totale populatie de ziekte heeft.
– Genetisch: Er zijn tot nu toe zes genen bekend die de ziekte van Parkinson veroorzaken. Samen zorgen deze genen voor ongeveer 7% van de gevallen.
– Vergiftiging: Tot slot zijn er aanwijzingen dat bestrijdingsmiddelen, koolstofmonoxide en PCB’s de ziekte van Parkinson kunnen veroorzaken, maar hier is nog geen hard bewijs voor.
Symptomen en diagnose
De symptomen van de ziekte van Parkinson zijn:
Belangrijkste symptomen:
– Tremor – Trillen van een ledemaat met een frequentie van 3 tot 6 Hz
– Stijfheid
– Akinesie – Moeilijk kunnen starten met een beweging
– Voorovergebogen houding
Andere symptomen:
– Reukstoornis
– Micrografie – Het krijgen van een zeer klein en priegelig handschrift
– Uitdrukkingloos gezicht
De diagnose van de ziekte van Parkinson wordt meestal gesteld op basis van bovenstaande symptomen. Deze symptomen kunnen echter ook worden veroorzaakt door andere ziektes. Symptomen die wijzen op een andere ziekte zijn:
– Geen verbetering na toedienen levodopa
– Hallucinaties
– Prominente dementie
– Andere onvrijwillige bewegingen behalve tremor
Om de andere aandoeningen uit te sluiten wordt vaak een CT- of MRI-scan gebruikt. Deze technieken laten geen specifiek patroon zien bij de ziekte van Parkinson, maar kunnen sommige van de andere aandoeningen wel aantonen.
Behandeling: Vroege fase
De behandeling van de ziekte van Parkinson wordt vooral bepaald door de symptomen. Zolang de patiënt nog geen erge motoriekproblemen ondervindt, wordt er meestal geen actie ondernomen, maar zodra deze wel ondervonden worden wordt het medicijn levodopa (L-Dopa) voorgeschreven. Levodopa is een voorloper van dopamine en wordt in dopamine omgezet in de hersenen. Daardoor is het de meest effectieve behandeling voor de ziekte van Parkinson. Het medicijn verlicht de akinesie, stijfheid en tremor en wordt altijd samen gegeven met carbidopa. Carbidopa voorkomt dat levodopa buiten de hersenen wordt omgezet in dopamine, hierdoor komt de maximale hoeveelheid dopamine in de hersenen.
Naast levodopa worden er ook dopamine agonisten voorgeschreven, welke ongeveer de zelfde effecten hebben als levodopa. Onderzoek heeft laten zien dat dopamine agonisten minder effectief zijn in het verminderen van de symptomen, maar daarnaast ook minder bijwerkingen hebben. Daarom worden dopamine agonisten vaker voorgeschreven aan jonge mensen die nog minder erge symptomen hebben.
Ook MAO-B remmers worden gebruikt voor de behandeling van de ziekte van Parkinson in combinatie met levodopa. Onderzoeken hebben aangetoond dat deze medicijnen zorgden voor minder beperking, motoriekproblemen en minder levodopagebruik.
Naast bovenstaande medicijnen is amantadine ook nog vermeldenswaardig. Amantadine werd oorspronkelijk gebruikt als een virusremmer, maar heeft laten zien de akinesie, stijfheid en tremor te verminderen in patienten met de ziekte van Parkinson.
Behandeling: Late fase
De late fase van de ziekte van Parkinson begint na ongeveer vijf jaar behandeling met levodopa. De patiënten ervaren dan nieuwe motoriekproblemen van de ledematen en hoofd. Daarnaast raakt levodopa sneller uitgewerkt in deze patiënten, waardoor ook de originele symptomen van de ziekte terugkeren. Daarnaast ervaren deze patiënten een zogenaamd on-off effect, waar patiënten van het ene op het andere moment de symptomen krijgen. Dit effect is niet te voorspellen.
Meestal worden bij de behandeling van de late fase extra medicijnen toegevoegd met als doel de ‘off-time’, de periode met symptomen, te verminderen. Dopamine agonisten, zogenaamde COMT remmers (medicijnen die de afbraak van levodopa verminderen) en de eerder genoemde MAO-B remmers zorgen voor een significant lagere off-time. Daarnaast zorgt amantadine voor een vermindering in akinesie van 45%. Helaas duurde deze verbetering slechts acht maanden.
Door de verbetering van de neurochirurgie worden chirurgische ingrepen steeds vaker toegepast op patiënten met de ziekte van Parkinson. Stimulatie van de subthalamicus in de hersenen heeft laten zien de motorische problemen en de diskinesie te verminderen. Daarnaast is een pallidotomie, een ingreep waar de globus pallidus aan een kant wordt vernietigd, ook effectief om de motorische problemen te verminderen. Toch wordt deze techniek vanwege de risico’s nog maar weinig gebruikt.